{ * Google recaptcha v3 *}
Een vanglijn met valstopinrichting onderscheidt zich van een ‘normale’ vanglijn door de aanwezigheid van een mechanisme dat de vanglijn automatisch laat vieren, respectievelijk oprolt. De gebruiker heeft daarbij een actieradius van ca. 2 meter ten opzichte van het ankerpunt. Belangrijk voordeel: Door de mechaniek wordt voorkomen dat de gebruiker struikelt over de vanglijn. Zodra de gebruiker in een vrije val terecht komt zal de valstopinrichting het vieren van de vanglijn stoppen/blokkeren waarbij de geïntegreerde bandvaldemper de schok van de val dempt. Het apparaat weegt 1,15 Kg en wordt op de rug gedragen aan de lus van het harnas. Inhaken aan ankerpunten door middel van een steigerhaak. De minimaal beschikbare valhoogte is variabel van de positie en houding van de gebruiker ten opzichte van het ankerpunt. Per situatie is de minimaal benodigde valhoogte (X) af te lezen in een diagram. Het diagram gaat uit van een staande positie van de gebruiker. Bij knielen of hurken dient er 0,9 meter extra valhoogte beschikbaar te zijn: Het apparaat is bedoeld voor gebruik door getrainde personen. Tijdens een training dient de gebruiker vertrouwd te worden gemaakt met het correcte gebruik, de mogelijkheden en de beperkingen van het valstopapparaat.
EMERGENCIES - 24/7